Belastingvrij sparen en beleggen: wie wil dat niet? Maar het is wel zaak tijdig in te stappen.
André Kerseboom heeft de afgelopen jaren veel geld verdiend met zijn Aegon-polis. Kersebooms lijfrentepolis is namelijk voor honderd procent belegd in wereldwijde aandelen, en aandelen hebben het de afgelopen jaren uitstekend gedaan. Geen reden tot klagen dus, maar Kerseboom heeft wel veel risico genomen. Kerseboom, de zestig ruim gepasseerd, wil zijn polis namelijk nog deze zomer laten uitkeren. Er moet de komende weken geen beurscrash komen, want dan valt zijn pensioen opeens veel lager uit.
‘Ik herken dit beeld wel. Bij het afsluiten van een lijfrentepolis, lang geleden, is ooit een bepaald risicoprofiel afgesproken. Er wordt dan bijvoorbeeld voornamelijk in aandelen belegd. Dat is prima, maar tussentijds wordt het risicoprofiel vaak niet aangepast. Het is dan “eens gekozen blijft gekozen”’, zegt Jeroen Wolfsen van Moneywise, een online vergelijkingssite voor lijfrentes. ‘Ik schat dat twee derde van de polishouders gedurende de looptijd nooit switch naar een ander risicoprofiel.’
Dat is onlogisch. Pensioenfondsen en -verzekeraars beleggen de ontvangen premies doorgaans volgens het lifecycle-principe. Lifecycle-beleggen gaat uit van twee principes:
1. Met aandelen wordt een hoger rendement behaald dan met obligaties, maar aandelen zijn ook riskanter.
2. Als je jong bent kun je meer risico hebben dan als je tegen je pensioenleeftijd aan zit.
Als je deze twee uitgangspunten combineert, is de conclusie dat je als je jong bent voornamelijk in aandelen moet beleggen. Dan behaal je naar verwachting het hoogste rendement. Als de koersen inzakken, is dat geen probleem, omdat er nog genoeg tijd is om het herstel van de beurzen af te wachten. Maar als je oud bent, heb je die tijd niet. Dan past een portefeuille met minder aandelen en meer obligaties of cash.
Bij lifecycle-beleggen wordt dit proces geautomatiseerd. Bij dertigers wordt dan bijvoorbeeld 80 procent van de portefeuille belegd in aandelen en de rest in obligaties. Rond het vijftigste levensjaar wordt het risicoprofiel van de beleggingen geleidelijk afgebouwd door elk jaar een paar procent van de aandelen om te ruilen voor obligaties. Tegen de pensioendatum bestaat de portefeuille voornamelijk nog uit obligaties en/of cash, met hooguit 20 procent in aandelen. Op die manier is het pensioen zeker gesteld.
Het ligt voor de hand dat ook als u met een lijfrenteverzekering of een bancaire lijfrente (ook wel met een misleidend woord banksparen genoemd; misleidend, omdat u met banksparen ook kunt beleggen) pensioen opbouwt, dit principe aan te houden. Veel risico als u jong bent, weinig risico als de pensioenleeftijd in zicht komt. Maar dat is niet wat verzekeraars en banken hun klanten jarenlang hebben verkocht.
Meestal kregen klanten bij het afsluiten van de polis een vragenlijst om het risicoprofiel te bepalen. Denk aan vragen als ‘Heeft u ervaring met beleggen?’ en ‘Hoeveel procent waardedaling van uw portefeuille in enig jaar is voor u nog net acceptabel?’ Aan de hand daarvan werd het geld belegd in een bijpassend risicoprofiel, dat vervolgens nooit meer werd aangepast.
‘Verzekeraars en tussenpersonen wijzen hun klanten er zelden op dat zij het risico van hun portefeuille misschien tussentijds moeten aanpassen’, zegt Gaston Hendriks, financieel planner bij KapitaalMeester in Voorburg. ‘Polishouders zelf hebben ook niet vaak de behoefte om er iets aan te veranderen. Omdat ze denken dat de verzekeraar het wel weet. Of omdat ze nauwelijks stilstaan bij het feit dat ze een lijfrente hebben. De gedachte is dan: “ik kan er toch niet aankomen, waar zou ik mij dan druk over maken?” Het is vaak een beetje vergeten geld. Het spaarsaldo en beleggingen zie je elke keer als je inlogt bij de bank, maar een lijfrente? Daar krijg je eens per jaar een afschrift van waar veel mensen nauwelijks naar kijken.’
Een reden waarom veel mensen niets doen, is misschien ook het feit dat een lijfrente voor veel mensen bijzaak is. Sjaak Zonneveld, commercieel directeur van BrightPensioen, een aanbieder van beleggingslijfrentes: ‘Vroeger, voor de eeuwwisseling, werd een lijfrente vaak gezien als een extraatje.’ Ook als u geen pensioengat had, mocht u met belastingvoordeel een lijfrente opbouwen. Tegenwoordig mag het alleen als u aantoonbaar te weinig pensioen opbouwt.
Met het toegenomen aantal zzp’ers en het verdwijnen van het pensioen in eigen beheer (daarmee konden dga’s met belastingvoordeel pensioen in hun eigen BV opbouwen, PvdK) wordt het belang van lijfrente snel groter. ‘Daarbij speelt ook dat zulke lijfrenteverzekeringen vaak woekerpolissen zijn. Er is dan toch al geen vertrouwen in, er wordt dan maar gehoopt dat de schade meevalt’, zegt Zonneveld. BrightPensioen is een van de paar aanbieders van lijfrentes waarbij wel volgens het lifecycle-principe wordt belegd. Naarmate de pensioendatum dichterbij komt, wordt het risico automatisch afgebouwd door minder aandelen en meer obligaties aan te houden. Ook bij Brand New Day en ZZP Pensioen wordt het risico richting de pensioendatum automatisch afgebouwd. Net zoals pensioenfondsen dat doen. En zoals eigenlijk iedereen die geen grote risico’s met zijn pensioen wil nemen het zou moeten doen.
Kader
Beleggingslijfrente geen gemeengoed
Bij de meeste banken kunt u een lijfrente opbouwen voor uw oude dag. Opvallend is dat dit bij de meeste aanbieders uitsluitend kan door te sparen en niet door te beleggen. Alleen bij de Rabobank kan ook worden belegd.
De rente is doorgaans iets hoger dan op een gewone spaarrekening: de meeste banken bieden een variabele rente van 0,5 tot 1,0 procent.
Bij veel verzekeraars kunt u wel beleggen. Onder meer Aegon, Delta Lloyd en ASR bieden beleggingsfondsen aan als u pensioen wilt opbouwen.
De laatste paar jaar zijn er enkele nieuwe aanbieders van beleggingslijfrentes op de markt gekomen, zoals ZZP Pensioen, Binck, BrightPensioen, Brand New Day, DeGiro en Meesman.