Op Prinsjesdag maakte het kabinet bekend de fiscale spelregels voor ontslagvergoedingen ingrijpend te veranderen. Vanaf 1 januari 2014 mag een ontslagvergoeding niet langer belastingvrij op een bankspaarrekening worden gezet of in een stamrecht-BV worden ondergebracht (zie kader voor uitleg). De ontslagvergoeding wordt in zijn geheel bij het inkomen in het lopende jaar opgeteld en belast tegen het marginale tarief.
Voor bestaande fiscaalvriendelijk ondergebrachte ontslagvergoedingen is bepaald dat die in 2014 in één keer mogen worden opgenomen, waarbij over slechts 80 procent van het uitgekeerde bedrag inkomstenbelasting is verschuldigd. Maar wie dat niet wil, mag zijn ontslagvergoeding ook na 2014 op een bankspaarrekening of in een stamrecht-BV laten staan en die te zijner tijd volgens de huidige regels omzetten in maandelijkse uitkeringen.
Het Centraal Planbureau (CPB) gaat er vanuit dat ongeveer 20 procent van de mensen die nu een stamrechtvrijstelling hebben hun ontslagvergoeding in 2014 met de belastingkorting zullen opnemen. Marius Winter, eigenaar van de Gouden Handdruk Specialist, denkt dat dat cijfer veel te hoog is. ‘Ik denk dat maar heel weinig mensen dat gaan doen. Waarom zouden ze? Veel mensen die zijn ontslagen, zijn boven de 50. Zij hebben die ontslagvergoeding als appeltje voor de dorst of bij wijze van pensioenvoorziening. Bovendien levert opnemen in 2014 maar weinig fiscaal voordeel op. De meeste van mijn klanten betalen over hun inkomen 42 procent belasting. Als zij hun ontslagvergoeding volgend jaar in een keer laten uitkeren, valt hun inkomen waarschijnlijk voor een groot deel in de 52-procentschaal. Zij hoeven dan wel over 20 procent geen belasting te betalen, maar over 80 procent wel. Per saldo komt dat neer op 80 procent van 52 procent ofwel 41,6 procent. Dat betalen zij nu ook al.’
Wat uiteindelijk de beste keuze is, verschilt per persoon. In het rekenvoorbeeld is uitgegaan van een ontslagvergoeding van € 60.000 en de maximale WW-uitkering van € 35.000. Uitkeren in 2014 lijkt de voordeligste keuze. Maar als het geld vervolgens 10 jaar lang op een spaarrekening wordt gezet, heft de fiscus elk jaar 1,2 procent vermogensrendementsheffing. Dan zijn andere alternatieven wellicht aantrekkelijker. Vermogen op een bankspaarrekening of in een stamrecht-BV is onbelast.
Ontslagen in 2014
Wie in of na 2014 een ontslagvergoeding krijgt, kan nog op een paar manieren proberen de belasting daarover te drukken.
Middelen.
Middelen dempt de fiscale effecten van grote inkomensschommelingen. Een ontslagvergoeding verhoogt het inkomen eenmalig.
Het werkt als volgt. Tel het inkomen over drie aaneengesloten jaren bij elkaar op, deel dat bedrag door drie en bereken daarover de jaarlijkse inkomstenbelasting. Als de werkelijk betaalde belasting daar meer dan € 545 van afwijkt, mag u het meerdere van de Belastingdienst terugvragen.
Lijfrente.
De ontslagvergoeding kan (deels) worden gebruikt voor een aftrekbare pensioenpremie via banksparen. Hoeveel elk jaar mag worden ingelegd, hangt af van de zogeheten jaarruimte. Die is te berekenen op de site van de Belastingdienst.
Uitsmeren of naar voren halen. Werkgevers kunnen werknemers nog dit jaar ontslaan in plaats van in 2014, zodat de ontslagvergoeding alsnog belastingvrij kan worden geparkeerd. Zij kunnen de vergoeding ook uitsmeren over meerdere jaren. ‘Sommige werkgevers betalen in plaats van een ontslagvergoeding een aanvulling op een WW-uitkering’, zegt Marnix Wansink van Clarus Advies. ‘Dat is eigenlijk technisch gezien ook een soort stamrecht, een recht op uitkeringen. Werkgevers betalen liever in één keer een schadeloosstelling dan dat ze ontslagen werknemers nog jarenlang moeten betalen. Maar nu dat voor de werknemer ongunstig uitpakt, kunnen werkgevers besluiten de ontslagvergoeding toch maar uit te smeren. De kans bestaat wel dat dit in de toekomst ook niet meer mag. Alternatief is dat werkgevers ter compensatie van de hogere belastingdruk een hogere ontslagvergoeding uitkeren.’
Hoeveel gaat er naar de fiscus?
Uitgangspunten:
Ontslagvergoeding € 60.000
Inkomen € 35.000
Marginale inkomstenbelasting over de ontslagvergoeding, in procenten, bij:
A. Ineens uitkeren.
B. Belastingvrij banksparen of stamrecht-BV en in 6 jaar uitkeren (stamrechtvrijstelling).
C. In 2014 ineens uitkeren (80 procent wordt fiscaal belast).
D. Middelen.
E. Benutten maximale jaarruimte voor pensioenopbouw; pensioeninkomen € 40.000.
A. 50,5
B. 42,0
C. 38,1
D. 44,1
E. 45,1
Stamrechtvrijstelling
Een ontslagvergoeding is bedoeld om een terugval in het inkomen tijdelijk te compenseren. Om te voorkomen dat een deel van de ontslagvergoeding door de progressieve belastingtarieven tegen het hoogste tarief wordt belast, is de stamrechtvrijstelling in het leven geroepen. Een ontslagvergoeding mag nu nog onbelast op een speciale bankspaarrekening worden gezet of in een stamrecht-BV ondergebracht. Daarover heft de fiscus in eerste instantie geen inkomstenbelasting (Box 1) en ook geen vermogensrendementsheffing (Box 3). Pas als de bank of de BV op een gegeven moment gaat uitkeren, wordt over die uitkeringen inkomstenbelasting (Box 1) geheven.
De Belastingdienst stelt nadere eisen aan de uitkeringen, zoals een minimale duur: hoe jonger de ontvanger van een ontslagvergoeding is, over des te meer jaren de uitkeringen moeten worden uitgesmeerd. Iemand van 58 mag zijn uitkeringen binnen 2 jaar opnemen, iemand van 32 moet daar 12 jaar over doen.
Volgens Marius Winter van de Gouden Handdruk Specialist worden verreweg de meeste ontslagvergoedingen op een bankspaarrekening gezet (gemiddeld € 40.000). Minder dan 20 procent van de ontslagvergoedingen wordt in een stamrecht-BV ondergebracht (gemiddeld € 80.000).
Dit artikel van Paul van der Kwast verscheen eerder in het Financieele Dagblad van 27 september 2013.